Exotenbeheer

Het beperken van exotische plant- en diersoorten voorkomt dat inheemse soorten worden bedreigd. Het helemaal verwijderen van alle exoten is vrijwel onmogelijk. Maar door de aantallen klein te houden wordt voorkomen dat deze soorten zich invasief uitbreiden. Exoten komen veelvuldig voor in bebouwd gebied door uitzetten of ontsnappen. Vandaar verspreiden ze zich vaak naar het buitengebied.

Exotenbestrijding planten

Hieronder wordt verstaan: het verwijderen of bestrijden van exotische planten die andere soorten, die hier van oorsprong voorkomen, verdringen. Door uitzaaiing, aanplanten, strooien van vogelvoer, legen van een aquarium in de sloot of transport kunnen uitheemse planten zich ongewenst verspreiden. Ze verdringen dan inheemse flora of verstoppen en verstikken watergangen. Voorbeelden zijn Amerikaanse vogelkers, reuzenberenklauw of grote waternavel. Verwijderen of bestrijden van exotische planten is daarom een belangrijke maatregel om de biodiversiteit op peil te houden. Dit kan door maaien, uitsteken, baggeren, bespuiten of afdekken met folie.

Exotenbestrijding dieren

Hieronder wordt verstaan: het verwijderen of bestrijden van diersoorten die hier niet van oorsprong voorkomen en die zodanig invasief zijn, dat ze een bedreiging vormen voor andere, inheemse diersoorten. 

Door menselijke invloed zoals uitzetten, meeliften met vervoer of goederen of door ontsnappen komen er dieren voor die hier van nature niet thuishoren. Sommige daarvan zijn invasief en kunnen een bedreiging vormen voor inheemse diersoorten. Nijlgans, zonnebaars, Pallas eekhoorn, wasbeer of muntjak zijn daarvan voorbeelden. Door de aantallen van deze exoten terug te brengen, kan de overlast beperkt blijven. Dit kan door vangen, vissen, bejagen, nestplekken ongeschikt maken of tijdelijk droogleggen van poelen.

Meest recente projecten